INSTABILITEIT VAN DE SCHOUDER

De schouder is het meest mobiele gewricht in ons lichaam. De gewrichtskop van de schouder valt voor een deel in de gewrichtskom, dat weer onderdeel is van het schouderblad. Het kapsel en de spieren rondom de schouder (de rotator cuff) zorgen ervoor dat de schouder stabiel blijft en de schouderkop in de gewrichtskom blijft. Als het kapsel uitgerekt wordt of als de spieren niet meer goed werken, kan de schouder instabiel worden.

Klachten die hierbij kunnen optreden zijn:

  • met name pijn rondom de schouder en soms ook in de bovenarm.
  • krachtsvermindering in de arm
  • minder goed kunnen bewegen
  • een krakend geluid wanneer men de schouder beweegt
  • een schouderkop die makkelijker uit de kom schiet

Instabiliteit van de schouder valt onder CANS, dit staat voor ‘complaints of the arm, neck and/or shoulder, oftewel klachten van de arm, nek en/of schouder. Dit is een omschrijving van een klachtencomplex die door veel zorgverleners wordt gehanteerd.
Waardoor kan het komen?
De schouder kan instabiel worden doordat het gewrichtkapsel of de rotator cuff beschadigd is geraakt.
Hoe wordt het vastgesteld?
De arts kan door middel van anamnese en lichamelijk onderzoek vaststellen dat de schouder instabiel is of dat er sprake is van een luxatie.
Wat kan helpen?
Bij instabiliteit van de schouder, dienen de rotator cuff spieren versterkt te worden. Hiervoor wordt men meestal doorverwezen naar een fysiotherapeut die begeleiding geeft bij het trainen van de spieren rondom de schouder en het verbeteren van de spierconditie.
Bij ernstige instabiliteit, moet de schouder door middel van een operatie worden hersteld. Na het terugzetten van de schouder kan bewegen soms moeilijk of pijnlijk blijven. Fysiotherapie kan dan helpen om de klachten te verminderen en om de spieren sterker te maken.
Wie kan helpen?
Om instabiliteit tegen te gaan, kan onder begeleiding van een fysiotherapeut de spierkracht en de coördinatie van de schouder versterkt worden.
Bij ernstige instabiliteit kan de huisarts doorverwijzen naar de orthopedisch chirurg.
Ermee leven
Het is belangrijk om met een instabiele schouder zoveel mogelijk in beweging te blijven. Op die manier verslappen de spieren niet en kunnen ze hun werk toch zoveel mogelijk blijven doen (de schouder op de plek houden).
Mensen met een instabiele schouder kunnen last hebben van bewegingsangst. Ze zijn bang dat door te bewegen, de klachten verergeren. Het is belangrijk om deze angst te overwinnen. Een fysiotherapeut kan hierbij helpen. Door middel van het geven van instructies en oefentherapie kan de fysiotherapeut de spierconditie verbeteren.
Het kan over het algemeen geen kwaad om bij instabiliteit van de schouder aan het werk en in beweging te blijven. Bepaalde werkzaamheden kunnen echter moeilijk zijn zodat sommige mensen zich misschien kortdurend ziek melden. Het is over het algemeen gunstiger voor het herstel om naar het werk te blijven gaan en het werk tijdelijk aan te passen. Hiervoor kan overleg met de leidinggevenden of bedrijfsarts nuttig zijn. Als werken tijdelijk niet lukt, is het raadzaam om wel contact te houden met collega’s en leidinggevenden.
Bij een operatie en de weken daarna is werken niet mogelijk.
Iemand die zich niet ziek meldt, kan wel een afspraak maken met de bedrijfsarts of bedrijfsverpleegkundige om de problemen op het werk te bespreken. Misschien is het mogelijk om met enkele aanpassingen aan het werk te blijven. Informatie over het open spreekuur kunt u krijgen bij de arbodienst van uw werk.
De bedrijfsarts en de huisarts kunnen informatie uitwisselen om de begeleiding optimaal op elkaar af te stemmen, maar nooit zonder toestemming van de patiënt. Tegenwoordig is het wettelijk geregeld dat zowel de werkgever als de werknemer zich moeten inzetten voor hervatting van werk (Wet Verbetering Poortwachter).
Bronnen: Orthopedie – prof. dr. J.A.N. Verhaar, prof. dr. A.J. van der Linden